Een advocaat heeft op grond van zijn eed/belofte, de Gedragsregels voor de Advocatuur, de Advocatenwet en de Verordening op de Advocatuur een verplichting tot geheimhouding, in het bijzonder ten aanzien van behandelde zaken, de persoon van zijn cliënt en de aard en omvang van diens belangen.
Deze geheimhouding is van oudsher bekend. Althans, zo wordt verondersteld. Veelal sneeuwt deze geheimhoudingsverplichting onder. Cliënten huiveren nog wel eens om zijn advocaat volledig in vertrouwen te nemen.
Niet alleen advocaten hebben die geheimhoudingsverplichting. Ook geestelijken, artsen en notarissen hebben een geheimhoudingsverplichting.
In het voorjaar van 2018 zijn er door de Nederlandse Orde van Advocaten nieuwe gedragsregels gepubliceerd. Daarin zijn ondermeer de kernwaarden van de advocatuur opgenomen:
Onafhankelijkheid, partijdigheid, deskundigheid, integriteit en vertrouwelijkheid.
De geheimhoudingsverplichting ziet op deze laatste kernwaarde: de vertrouwelijkheid. In afwijking daarvan kan de advocaat de verkregen kennis wel naar buiten toe gebruiken indien is voldaan aan drie voorwaarden:
– voor zover een juiste uitvoering van de hem opgedragen taak dit rechtvaardigt;
– voor zover de cliĂ«nt daartegen desgevraagd geen bezwaar heeft;
– en voor zover dit in overeenstemming is met de goede beroepsuitoefening.
Doorgaans komen deze uitzonderingen niet/zelden in de praktijk voor. Hetgeen er in vertrouwen aan de advocaat wordt medegedeeld, blijft derhalve tussen cliënt en zijn advocaat. De verplichting tot geheimhouding geldt als een fundamenteel beginsel voor de advocaat in de uitoefening van zijn beroep.
Indien u ook belang hecht aan een vertrouwelijke bespreking van uw juridisch probleem, schroom dan niet om contact met Van Dijk c.s. Advocaten op te nemen.