De wetgever komt per 1 januari 2021 de werkgever enigszins tegemoet betreffende zijn loondoorbetalingsverplichting van twee jaar bij een zieke werknemer. Die verplichting wordt door werkgevers ervaren als een behoorlijke last. Heden ten dage verkeren werkgevers in onzekerheid dat ze na twee jaar van re-integratiekosten worden geconfronteerd met een loonsanctie. Dit is het geval indien de verzekeringsarts namens het UWV, in het kader van een WIA-uitkeringsaanvraag door de zieke werknemer, oordeelt dat werkgever onvoldoende inspanningen heeft verricht aan de re-integratie. Het UWV kan dan de werkgever verplichten om maximaal 1 jaar loon door te betalen. In dat jaar dient de werkgever zijn tekortkomingen ter zake re-integratie te herstellen. De werknemer krijgt dan alsnog de kans om te re-integreren.
Het komt regelmatig voor dat de verzekeringsarts van het UWV achteraf van mening is dat de bedrijfsarts namens werkgever tekort is geschoten in het re-integratietraject. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de desbetreffende bedrijfsarts de werknemer ten onrechte niet of slechts marginaal belastbaar acht.
De wetgever wil een einde maken aan bovengenoemde onzekerheid voor werkgever. Per 1 januari 2021 is het medisch advies van de bedrijfsarts bij de toets op re-integratieinspanningen (RIV-toets) leidend. Op grond van de Wet verbetering poortwachter beoordeelt een arbeidsdeskundige van het UWV na twee jaar of de werkgever voldoende re-integratieinspanningen heeft geleverd. Deze deskundige beoordeelt dan of de werkgever en de werknemer de re-integratieinspanningen hebben gepleegd die passend zijn bij het medisch advies van de bedrijfsarts. De verzekeringsarts zal dan ook niet langer het medisch advies van de bedrijfsarts beoordelen.
Indien u wordt geconfronteerd met een werknemer die langdurig ziek is, neemt u dan gerust op met een van de specialisten van Van Dijk c.s. Advocaten.